Een man die thuiskomt en zijn vrouw met boosheid en frustratie in zijn stem vertelt dat de baas hem voor rotte vis heeft uitgemaakt. Hij was er helemaal sprakeloos van, wist niet wat hij moest zeggen. Het was zo onterecht, vond hij. Je moet het loslaten, laat gaan, adviseerde ze hem welgemeend. Ja, dat begreep hij ook wel, anders had hij geen leven meer. Drie dagen later had hij het er nog steeds over, het loslaten lukte ‘m niet erg.
Twee mannen die elkaar ontmoeten, de ene onlangs gescheiden, de ander van hetzelfde laken een pak maar dan 19 jaar geleden. Hoe gaat het met je, vroeg de eerste man? Jij bent toch onlangs gescheiden, vroeg man twee? Man een beaamde dat. Nou, dan weet je toch hoe ik me voel? Om vervolgens narrig af te geven op de vrouw, die hem 19 jaar geleden aan de dijk had gezet. Ne-gen-tien jaar! Loslaten, echt niet...
Het is waar dat loslaten soms wonderen kan verrichten, echt loslaten, vrede hebben met de gebeurtenissen. Vroeger is vroeger, dat bestaat niet meer. Alleen het heden telt als het gaat om je leven van alledag. Hier en nu, daar gebeurt het. Maar loslaten lukt in veel gevallen alleen maar als het probleem eerst goed is vastgepakt.
Vastpakken! Dat is vaak een betere manier om dingen kwijt te raken die je dwars zitten. Stevig vastpakken, actie! Als de baas je onheus bejegent, dan moet je erop af, niks loslaten. Een onderhoud met de baas regelen en hem vragen wat je in zijn ogen verkeerd hebt gedaan. Luisteren vooral en proberen te begrijpen waarom hij zo heeft uitgepakt. Zo’n gesprek kan twee kanten op. Het probleem wordt helder, jij begrijpt het en je baas begrijpt het, de vrede wordt gesloten. Tijd om het los te laten. Scenario twee: de baas blijft kwaad, weet eigenlijk geen enkel fatsoenlijk argument aan te dragen waarom hij zo uit zijn slof schoot. Het gesprek eindigt meer dan teleurstellend. Niet loslaten dus, maar nadenken wat je wilt. Blijven of een andere job zoeken. Pas nadat je dat besluit hebt genomen is de tijd aangebroken om het los te laten.
En dan die man die al negentien jaar kwaadheid met zich meetorste. Hij weet wat er gebeurd is tijdens zijn huwelijk, daar was hij zelf bij. Maar vanaf het moment dat zij vertrok, was het oorlog. Er werd geen woord meer gewisseld, ieder creëerde zijn/haar eigen werkelijkheid. Hij wilde het misschien wel loslaten, maar het probleem liet hém niet los. Hij heeft verzuimd het vast te pakken, het gesprek aan te gaan, helder te krijgen wat er gebeurd is. Vastpakken betekent: alles op alles zetten om het probleem te tackelen, er dwars doorheen te gaan, het uit de wereld te helpen. Als hij dat had gedaan had hij het los kunnen laten.
Niet vastpakken betekent in veel gevallen dat je het nooit los kunt laten. Het probleem laat namelijk jou niet los, het blijft je achtervolgen, mogelijk tot aan het einde van je dagen.
Vastpakken wil nog niet zeggen dat je het probleem ook oplost. Maar dat is niet de echte kwestie. Het feit dat je je hebt ingespannen om klaarheid te krijgen, om het probleem echt onder ogen te zien en je actief bezig te houden met het oplossen ervan, daar gaat het om. Ook als de uitkomst niet positief is, is het tijd om het weg te laten ebben. Je hebt je best gedaan, zo is het goed. Tijd om in vrede te leven met je verleden.
Ja, er zijn problemen die niet vast te pakken zijn. Een vakantie die compleet verregent. Een familielid of goede vriend die ernstig ziek is. Een windhoos die het dak van je huis de vernieling in helpt. Iemand die door het rode licht rijdt en je portier aan barrels beukt. De kennelijk onvermijdbare dingen. Ze gebeuren, je kunt er vaak niks aan doen. Niet vastpakken, is het devies, want er valt niks op te lossen. Het is zoals het is. Je rot voelen, het oneerlijk vinden, kwaad zijn, allemaal terecht. Maar daarna: loslaten, het weg laten glijden. Vrede en rust in je hart terugbrengen. Dat is nu eenmaal nodig voor een gelukkig leven...
Jan Jaap van Hoeckel