Zolang het mensdom bestaat zijn er onenigheden tussen mensen en volkeren geweest en heeft de wereld oorlogen gekend. De meeste van deze twisten zijn geëindigd doordat de een de ander heeft overwonnen. Met geweld. Met doden en gewonden. En met oeverloos veel pijn, verdriet en frustratie aan beide zijden.
Vrede op Aarde. We snakken ernaar, niet alleen wij hier in Nederland, welhaast iedereen op deze aardbol. In deze tijd zal het weer miljarden keren worden gezegd, gedacht, gehoopt en gewenst. Vrede op Aarde. We willen niets liever. En toch, het lijkt maar niet te lukken. Vanaf de oudheid tot nu toe zijn er zo’n 500 grote oorlogen geteld waarvan de kruistochten, de Napoleontische oorlogen en de laatste twee wereldoorlogen de kroon spanden.
Al dat snakken en wensen heeft dus kennelijk niets geholpen. Ook in onze tijd zijn er brandhaarden te over. Ik moet vaak denken aan mijn jonge jaren toen met name Rusland vijand nummer 1 was. Het was een gevaarlijk land, Russen deugden niet en als we niet uitkeken zouden ze een oorlog beginnen en de hele wereld overheersen. Als jonge kerel dacht ik daar vaak over na. Stond ik met een schoffel in de hand in mijn groentetuintje en realiseerde mij dat er ergens in Rusland ongetwijfeld ook een kerel stond te schoffelen in zijn groentetuintje. En dat is dan mijn vijand? Ik kon het niet geloven. Dat was waarschijnlijk ook gewoon een aardige kerel die zijn leven leidde, net als ik. Zijn zorgen had en zijn vreugden. Zijn verjaardag vierde, af en toe een goede mop vertelde en moest zorgen voor brood op de plank. Ik wist één ding zeker, die man wilde geen vlieg kwaad doen en mij al helemaal niet. Russen waren mijn vijanden niet. Deze man en de meeste andere Russen hadden geen enkele behoefte om ons de kop in te hakken. Hun leiders waarschijnlijk wel of ze waren in ieder geval bang dat anderen dat bij hen wilden doen.
Als het over oorlog gaat zijn het slechts een handjevol mensen die iets in de melk te brokkelen hebben. Met verve verkopen ze aan de bevolking dat een oorlog de enige oplossing is van ‘het’ probleem. Als je vrede op aarde wilt moet je dus het vliegtuig pakken en afspraken maken met Trump, Poetin, Netanjahu, Abbas, Kim Jong-Un, Assad, met de leiders van terroristische groeperingen en met nog een handvol andere machthebbers. Wie weet wat je kunt bereiken. Ik denk niet veel. Maar als je bij Vrede op Aarde denkt dat zij bepalen of dat wel of niet zo is, dan is er geen andere manier.
Of toch wel? Ik heb me voorgenomen om op te houden met te snakken naar Vrede op Aarde. Ik denk het niet meer, ik wens het niet meer, het heeft al die jaren dat ik er zo diep naar verlangde de wereldvrede geen stap dichterbij gebracht.
Ik stop ermee om naar anderen te wijzen. Vanaf nu hou ik het klein en overzichtelijk en vraag me slechts af: hoe is het met de Vrede in Mij? Daar is er maar één verantwoordelijk voor en die kan ik tenminste aanpakken. Ik verlang slechts naar Vrede in Mij. Dat is alles, Vrede in Mij. Dat wens ik niet alleen vurig, daarover ga ik ook in gesprek met mezelf. Ik onderzoek de brandhaardjes in mijn leven, kijk kritisch naar mijn houding, probeer te stoppen met mijn soms negatieve houding jegens anderen, geef de liefde in mezelf meer ruimte. Vrede in Mij.
Natuurlijk wens ik dat ook anderen toe maar toch op de eerste plaats mezelf. Daarmee ben ik, maar zijn ook anderen gebaat. En als ik dat nou doe, en ook mijn buren, mijn vrienden en alle mensen die ik in mijn hart heb gesloten, dan hebben we samen toch al een heel belangrijke stap gezet.
Vrede in Mij, ik wens het mijzelf van harte. Ik hoop dat jij jezelf hetzelfde wenst. Dan kunnen de komende feestdagen en het komende jaar niet meer stuk. En brengen we samen Vrede op Aarde een ieniemieniestapje dichterbij… Heel zeker!
Jan Jaap van Hoeckel