De omstandigheden waarin we verkeren bepalen voor een groot deel hoe we doen en denken en hoe we worden ervaren. Na haar zoveelste relatie verzuchtte Meryl Streep ooit: Weet je wat mijn probleem is? Als hij van whisky houdt, houd ik ook ineens van whisky! Herken je dat? Langzaam maar zeker en soms zelfs tamelijk snel passen we ons aan de omstandigheden aan, dat zit er bij ons gewoon ingebakken. Iedereen doet het, het kan niet anders, lijkt wel. Kijk maar eens om je heen naar mensen die je al heel lang kent, hoe ze jaren geleden waren en hoe ze nu zijn.
Je bent niet je hele leven lang samen te vatten in dezelfde woorden en zinnen. We veranderen, of we dat nu willen of niet. Veranderen is nodig voor de balans, vooral in relaties. Als beide partners stug zouden blijven denken en doen zoals ze deden toen ze elkaar nog niet kenden, dan loopt de relatie geheid stuk. Ze komen geen stap dichter bij elkaar, er ontstaat nooit een uitgebalanceerde relatie. Geen enkele relatie is bestand tegen voortdurende onbalans.
Los van onze relatie veranderen we ook door andere ervaringen, door dingen die we horen, lezen, waarnemen, door de fouten die we maken. Dit veranderen is vooral gericht op groei, op het verwerven van nieuwe inzichten. We leven, dus we groeien.
Dat is niet in alle gevallen zo. Bepaalde veranderingen hebben niets met groei te maken, die zijn nodig om te overleven, om niet klem te raken in de relatie met anderen, zoals het voorbeeld van Meryl Streep aangeeft. Zolang dat proces bewust verloopt is er geen vuiltje aan de lucht. Je beseft dat je verandert, dat je je aanpast en je weet ook waarom je het doet. En wat je vooral beseft is dat er grenzen zijn aan je wil om je aan te passen en die bewaak je angstvallig. De ideale mens.
Veel mensen veranderen echter voor een groot deel onbewust. Het gebeurt gewoon. Ze passen zich gedachteloos aan, meer en meer, kennen en herkennen geen grenzen en zijn zo een bijna willoos slachtoffer van... ja waarvan? Als ze met een schok tot de ontdekking komen dat ze in een leven beland zijn dat ze volstrekt niet willen, is de eerste reflex te wijzen naar anderen. Hun partner, de kinderen, de ouders, de baas, de vrienden, die hebben het gedaan, die hebben hen gedwongen om zich aan hen aan te passen. Als ze daaraan geen gehoor gegeven zouden hebben, zouden ze dik in de problemen zijn gekomen, weten ze. Om conflicten uit de weg te gaan, zijn ze de ander ter wille geweest, steeds maar weer, grenzeloos. Ze zijn op den duur onherkenbaar veranderd maar geen centimeter gegroeid, integendeel, ze zijn gekrompen. Ze hebben stukken prijs gegeven die ze achteraf liever hadden behouden. Ze zijn slachtoffer van zichzelf. En dat allemaal voor de lieve vrede. Angst als raadgever...
We veranderen. Onlangs hoorde ik het nog eens. Een man was gescheiden van zijn vrouw, ze verweet hem dat hij nooit eens iets leuks wilde doen, nooit naar de schouwburg, nooit naar een museum, nooit naar leuke evenementen. Hij was graag thuis als hij niet hoefde te werken en vermaakte zich kostelijk. Zijn vrouw was daarin meegegaan. Met gepaste tegenzin weliswaar, maar toch. Zo ging het nu eenmaal... Ze veranderde van een enthousiaste outgoing jonge vrouw tot een ontevreden thuiszitterige moeder. Op een gegeven moment was de bom gebarsten, het huwelijk liep op de klippen. Hij kreeg een nieuwe vriendin. En jawel hoor, schouwburg, museums, evenementen, hij genóót! Tot verdriet en grote ergernis en van zijn ex.
We veranderen onder invloed van degene met wie we een relatie hebben. Wat eerst niet kon, wordt nu omarmd. Dat ligt niet zozeer aan de individuen maar aan de constellatie, aan het unieke verband tussen twee mensen. Onder invloed van de een schiet je de ene kant op, onder invloed van een ander mogelijk in tegengestelde richting. Omwille van het evenwicht, wat in elke relatie natuurlijk anders ligt. Het is een logisch proces.
Het is waar, niets is zo veranderlijk als ‘jezelf zijn’...
Jan Jaap van Hoeckel